Na de eerste wereldoorlog ging het de socialistische mutualiteiten voor de wind. Zij konden hun groeiend ledental (400.000 leden in 1924) een waaier van diensten aanbieden : hospitalen, kinderwelzijn, rust- en herstellingsoorden… Toch werden deze kassen uitsluitend gevoed door vrijwillige bijdragen van de arbeiders. De socialistische mutualiteiten drongen bij de politieke verantwoordelijken aan op een wetgeving die de ziekteverzekering verplicht zou maken en waarin naast de arbeiders ook de Staat en de werkgevers zouden bijdragen.
1928
Inv. Nr.
AF 306
Institute